“De Metropoolregio Amsterdam heeft zich de afgelopen jaren gemanifesteerd als één van de belangrijkste aanjagers van de circulaire economie. Zelfs internationaal trekt onze aanpak aandacht.” Aan het woord is Jacqueline Cramer. Onlangs zwaaide de voormalig milieuminister af als lid van de Amsterdam Economic Board. Toch is er, ondanks de successen, geen reden tot achterover leunen. “Daarvoor is de urgentie te groot en worden er teveel kansen gemist.” Dit laatste wijdt Cramer vooral aan tekortschietend leiderschap en het feit dat de gemeenten binnen de MRA nog te individueel opereren. “Daardoor missen we keer op keer kansen.”
In 2014 trad Jacqueline toe tot de Amsterdam Economic Board. “Direct opperde ik om een groot programma op te zetten voor het stimuleren van de circulaire economie. De Board vormt, gezien de complexiteit van de opgave, hiervoor een ideaal platform. Het is namelijk van groot belang dat overheden, bedrijven en kennisinstellingen binnen de MRA samen hiervoor gaan en die zijn allemaal vertegenwoordigd binnen de Board.”
Resultaatgericht
Cramer kreeg al snel de handen op elkaar voor haar voorstel om in te zetten op twee speerpunten: circulair inkopen en hergebruik en recycling van negen reststromen. De start verliep aanvankelijk wat stroef. “De eerste jaren stond circulariteit niet hoog op de agenda. Gaandeweg nam de belangstelling gelukkig toe, met name de laatste paar jaar. Inmiddels is het onderwerp binnen de MRA zelfs uitgegroeid tot één van de hoofdthema’s. En belangrijker, de aandacht is omgezet in daden. De gezamenlijke inzet wordt meer en meer zichtbaar in concrete resultaten.” Dit is niet onopgemerkt gebleven. Mondiaal wordt de Amsterdamse regio steeds vaker genoemd als circulair voorbeeld. Zo mocht ik afgelopen zomer onze aanpak uit de doeken doen in Australië.”
‘De Metropoolregio Amsterdam zet haar
circulaire ambities om in daden’
Doe-club
De Board-structuur heeft bijgedragen aan het succes. “Het is een echte doe-club, zonder een ambtelijke organisatie waarbij je voortdurend tussen afdelingen moet afstemmen. Wij zijn echt een ‘hands on’ uitvoeringsorganisatie om groepen bij elkaar te krijgen. Via netwerksturing proberen we een gezamenlijk doel of ambitie binnen een bepaalde termijn te behalen.” Voor de uitvoering, denk aan aanbestedingen, werken we nauw samen met gemeenten. “Neem het maaien van bermgras. Je hebt hier namelijk volume voor nodig. En dat kunnen overheden organiseren. Het oprichten van de fabriek om het gras om te zetten in waardevolle grondstoffen en materialen regelen we vervolgens met een bedrijf dat daartoe het best gekwalificeerd is.”

Tempo opvoeren
Als het aan Cramer ligt, pakt de MRA de komende jaren door. “In ons programma hadden we twee speerpunten geïdentificeerd. Stuk voor stuk zijn deze nog steeds superbelangrijk. Samenwerking tussen gemeenten is bij de uitvoering cruciaal. Want bij bijvoorbeeld hergebruik en recycling van grondstoffen gaat het veelal om zaken die de gemeentegrenzen overschrijden.” Hetzelfde geldt, zij het vanuit een andere invalshoek, ook voor circulair inkopen. “Soms zijn de processen binnen een gemeentelijk apparaat – en trouwens ook binnen een bedrijf en onderwijsinstelling – dusdanig dat je gewoon niet makkelijk kan doorpakken. In plaats daarvan kun je blijven steken op afstemmen in plaats van iets voor elkaar te krijgen. Als je circulair inkopen strak aanstuurt, dus dat wethouders zich er hard voor maken, dan kunnen we veel meer bereiken.”
Volume maken
Meters op dit gebied maken kan overigens snel. “We hebben allerlei pakketten voor circulair inkopen samengesteld om, afhankelijk van het ambitieniveau, een keuze uit te maken. Daarbij konden we gebruik maken van het gezamenlijke inkoopplatform PIANO. Alles is beschikbaar en toch lukt het niet om echt vaart te maken. Dat is een gemiste kans. ” Cramer betreurt dit, te meer omdat hierdoor de gezamenlijke slagkracht onvoldoende wordt uitgebuit. Zij doelt op het feit dat bij een aantrekkelijk volume ook de markt in beweging komt. “Zodra men merkt dat de Amsterdamse regio op grote schaal kiest voor circulaire producten, maak je het voor bedrijven aantrekkelijk om hiervoor producten te ontwikkelen. Een grotere vraag trekt ook bedrijvigheid aan.” Als voorbeeld noemt ze zonnepanelen van Nederlandse makelarij. “Deze zijn veel circulairder dan de Chinese, alleen nu nog duurder. Als je deze panelen collectief aanschaft en volume creëert, wordt de prijs van Nederlandse panelen concurrerend.”
Leiderschap
Voor het maken van grotere stappen is vooral meer leiderschap op bestuurlijk niveau nodig. “Ik ben ervan overtuigd dat er veel en veel meer mogelijk is. Te meer daar je een ommezwaai naar circulariteit heel goed kunt combineren met wat mensen nu al doen, maar dan net anders.” In dit verband pleit zij voor het vrijstellen van een ambtelijk trekker per circulair initiatief die het mandaat krijgt om zaken uit te voeren en die in direct contact staat met de wethouder. “Anders gaat het te stroperig. Wees ook duidelijk over het hoe en wat deze trekker gaat doen. Dan kan de aanpak echt in een stroomversnelling komen. Zo’n trekker hoeft niet uit de ambtelijke organisatie te komen. Het kunnen ook mensen van buiten zijn die vanuit een onafhankelijke positie een circulair initiatief kopzetten. De onafhankelijke trekker – ik noem dat een transitiemakelaar – kan partijen met verschillende belangen op een lijn krijgen en het veranderingsproces versnellen. Het is jammer dat er voor de financiering van dit soort transitiemakelaars nauwelijks geld is.”
Tromgeroffel
Nu lijkt het er misschien op alsof er nog nauwelijks iets is bereikt. “Dat is beslist niet zo. Ik ben hartstikke blij met waar we staan, want er was acht jaar geleden nog heel weinig. De kracht van de MRA is inmiddels echt gemobiliseerd om circulaire economie binnen de regio verder te brengen. Kijk maar eens wat andere regio’s doen, dan zit de MRA toch echt in de voorhoede. Alleen is er veel en veel meer mogelijk, juist als je in de voorhoede opereert.”
Jammer vindt zij tot slot dat het bij de successen die worden behaald ontbreekt aan tromgeroffel. “De stappen die we zetten krijgen niet de aandacht die ze verdienen. Te meer daar de MRA-partners, als het al gebeurt, veelal individueel in plaats van gezamenlijk over een prestatie communiceren. Dat verzwakt je positie, ook internationaal, als regio die ervoor gaat. Het toewerken naar een circulaire samenleving is zo urgent, dat we snel meters moeten maken. Ik hoop dan ook dat de MRA op dit gebied nog veel meer een trekkersrol gaat vervullen.””
Jan de Graaf
Meer over circulaire inkopen in MRA-verband
- Binnen het Circulaire Economie-programma werkt de MRA aan Circulair Inkopen & Opdrachtgeverschap. Het doel daarvan is om klimaatneutrale en circulaire principes structureel mee te nemen in alle inkooptrajecten van fysieke producten van de verschillende MRA-overheden. Op die manier dragen de overheden vanuit hun rol als opdrachtgever bij aan een circulaire economie. De lat ligt hoog: 10% eind 2022, 50% eind 2025 en rond 2030 volledig.. Lees verder >
- Sinds 1 januari is Milan Bijl de nieuwe aanjager circculaire inkopen. “Juist overheidsorganisaties kunnen een impuls geven aan de ontwikkeling van de circulaire markt. Zij kunnen echt het verschil maken”, zegt hij in een interview. Lees verder >